COVID-19 pandemie en toepasselijke wetgeving

Context
De pandemie veroorzaakt door het COVID-19 virus heeft een verstrekkende impact op het bedrijfsleven en de samenleving. De overheid heeft verregaande maatregelen genomen om de verdere verspreiding van het virus te verhinderen. Daardoor is het arbeidspatroon en de werkplaats van heel wat werknemers of zelfstandigen gewijzigd.

De Europese coördinatievergaderingen inzake sociale zekerheid 883/2004 en 987/2009 bepalen welke lidstaat bevoegd is bij een grensoverschrijdend arbeidspatroon. Indien een werknemer of zelfstandige door de maatregelen inzake het COVID-19 virus meer of zelfs integraal van thuis uit zal (tele-)werken kan dit volgens de aanwijsregels van deze Europese verordeningen leiden tot een andere lidstaat die bevoegd is voor zijn of haar sociale zekerheid.

Beslissing België
De bevoegde Belgische Ministers hebben besloten dat de periodes van telewerk die op Belgisch grondgebied door grensarbeiders worden verricht ten gevolge van het coronavirus bij wijze van uitzondering niet in aanmerking zullen worden genomen voor de vaststelling van de toepasselijke socialezekerheidswetgeving en dat zij dus geen enkele invloed zullen hebben op hun aansluiting bij de sociale zekerheid.


Beleid RSZ
Het is niet wenselijk dat wijzigingen in werkpatronen die rechtstreeks en uitsluitend gelinkt zijn aan de COVID maatregelen en beperkt zijn tot de duur van de uitzonderlijke situatie, een wijziging van socialezekerheidsstelsel meebrengen.
Telewerken zal het meest voorkomende geval zijn in de praktijk, maar het kan bijvoorbeeld ook bij detacheringen waarbij de gedetacheerde werknemer langer dan gepland vastzit in zijn tijdelijke werkland, indiensttredingen waarbij de persoon in België zal werken maar hij tijdelijk nog niet naar hier kan komen en dus maar vanuit het land waar hij momenteel verblijft zal werken, enzovoort.


Formaliteiten
Door deze beleidsbeslissing zal de bevoegde lidstaat (op basis van het normale arbeidspatroon) niet wijzigen. Deze beslissing zal gelden gedurende de volledige periode van de uitzonderlijke maatregelen vanaf 13 maart 2020 tot minstens 5 april1 of tot een andere beleidsstandpunt ingenomen wordt.
De uitvoering van de beslissing vergt geen enkele actie van de werkgever of de werknemer. De reeds afgeleverde A1 verklaringen blijven geldig en het is niet nodig om de RSZ op de hoogte te stellen van het gewijzigde arbeidspatroon, noch om een uitzonderlijk akkoord op basis van artikel 16.1 van verordening 883/2004 aan te vragen.

Opgepast: het gewijzigde arbeidspatroon mag enkel te wijten zijn aan de maatregelen i.v.m. het virus én het arbeidspatroon moet terug "normaliseren" van zodra de beperkingen opgeheven zijn. Het is belangrijk dat de personeelsafdeling van de werkgever goed opvolgt dat (a) de instructies correct uitgevoerd worden en (b) de betrokken personen daadwerkelijk hun normale arbeidspatroon hernemen na de COVID maatregelen. Het is immers goed mogelijk dat (meer) telewerk intussen zal ingeburgerd zijn en -al dan niet onder de radar - zal verder gezet zal worden, met alle gevolgen van dien indien de werknemer in een buurland woont.
Een schriftelijke overeenkomst met de werknemer of minstens gedetailleerde instructies per mail zijn nuttig en aangewezen.


Bilaterale verdragen en CoC’s
Wanneer de grensoverschrijdende tewerkstelling betrekking heeft op derde landen buiten de Europese Economische Ruimte en Zwitserland, moet de Directie Internationale Betrekkingen wel op de hoogte gesteld worden en zal elk individueel dossier afzonderlijk behandeld worden.


Andere lidstaten
We stellen momenteel (informeel) vast dat dit uitgangspunt gedragen wordt door een aantal andere lidstaten zoals Frankrijk, Duitsland, Luxemburg, en Denemarken.


Limosa meldingsplicht bij telewerk
In de gevallen waar aan werknemers die gewoonlijk in een andere lidstaat werken, telewerk wordt toegestaan vanuit hun woonplaats in België tijdens de periode van de maatregelen om het coronavirus in te dijken dient geen limosa melding gemaakt worden. Indien wel reeds een melding gemaakt werd, maar de plaats van tewerkstelling stemt niet overeen met de huidige telewerkplaats, dient de melding niet aangepast te worden.

Opgepast: deze regeling is enkel van toepassing voor telewerk, niet voor andere wijzigingen van arbeidspatroon.


[1] Artikels 13 en 14 van het Ministerieel besluit houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID - 19 te beperken van 18 maart 2020, B.S. 18 maart 2020, derde editie.

Mots clés

Articles recommandés

30% minder werknemers overwegen carrièreswitch in vergelijking met 3 jaar geleden

Tijdelijke werkloosheid om economische redenen stijgt

Bijna een derde van de loontrekkenden doet aan thuiswerk